Henk Volders

Henk Volders heeft de oorlogsjaren in Groningen meegemaakt. Henk kan zich veel herinneren uit die tijd. Met name de laatste maanden van de oorlog staan hem goed bij. Zo ook de Duitse aftocht.

“Toen de oorlog begon was ik 12 jaar oud. Ik was bij mijn ouders thuis op de boerderij in De Weite, dat is een streek tussen Vlagtwedde en Bourtange. Van de bezetting merkten wij in eerste instantie weinig; de bij de Vlagtweddersluis gelegerde Nederlandse militairen hadden de brug laten sprengen en vertrokken daarna naar een dorp in Drenthe om van daar te proberen de Afsluitdijk te bereiken. 

Dit veranderde in 1943 toen mijn broer Piet, die al 19 jaar was, voor Arbeitseinsatz naar Duitsland moest. Hij dook onder bij een oom die een boerderij in Sauwerd had. Die oom zat trouwens in het verzet en werd een aantal keer opgepakt door de Duitse Sicherheitspolizei.Omdat in de zomer van 1944 mijn oudste broer Albert ernstig ziek werd en overleed, kwam mijn broer Piet weer thuis om mijn vader te helpen op de boerderij. Er was in de schuur onder het hooi een schuilplaats voor hem ingericht. Hier verbleef hij 's nachts en ’s ochtends stond hij heel vroeg op om de koeien te melken. 

Op een dag in november 1944 kregen we plotseling huiszoeking door twee Duitsers van de Sicherheitspolizei en 2 landwachters uit Nieuwe Pekela. Alles werd overhoop gehaald, maar mijn broer werd niet gevonden. Toen één van de Duitsers merkte dat wij pas een varken geslacht hadden en hij meer interesse leek te hebben in een lekkere worst, hield hij op met zoeken. Even later volgden anderen zijn voorbeeld. Het zoeken leverde voor hen dus niets op. 

Omdat het graan dat in de zomer was geoogst nog steeds in hopen achter de boerderij stond, had mijn vader geen inkomsten. Het graan liet hij niet dorsen omdat dit dan bestemd zou zijn voor de Duitse militairen. Nu waren er in de buurt twee landarbeiders die als ze werkloos waren naar Duitsland moesten. Mijn vader nam ze in de winter van 1944/1945 beide in dienst en zij gingen op primitieve wijze het graan dorsen. Dat koren werd grotendeels verkocht aan bewoners in de buurt. Zodoende hadden we toch nog wat inkomsten. Gevolg was wel dat mijn broer de hele dag in zijn schuilplek moest doorbrengen. De beide knechten mochten niet weten dat hij thuis was ondergedoken. Beide waren vertrouwde mensen maar loslippigheid kan problemen geven. 

Dan wordt het, na een zeer strenge winter, eindelijk voorjaar. In de wintermaanden was het zuiden al bevrijd en wij waren nu vol verwachting. Maar er ging nog iets vooraf en dat was een prachtig gezicht. Er trokken vanaf medio maart grote hordes Duitse soldaten voorbij. Zij kwamen uit het oosten van het land en waren nu op de vlucht. Overnachten deden ze in een boerenschuur en de boer moest gelijk ook zorgen voor voeding. Echt overlast hebben wij niet van hen gehad. Maar te voet naar Duitsland is niet prettig en daarom gingen ze wel fietsen vorderen. In eerste instantie lukte dat nog wel maar later had de bevolking de fietsen goed verborgen. Hoewel grote groepen militairen richting Duitsland gingen, kwam een kleinere groep met overwegend jonge jongens uit Duitsland terug en ging zich bij Ruiten Aa-kanaal ingraven. Ook werd op 9 april een sectie, bestaande uit acht militairen, bij ons ingekwartierd. Zij groeven stellingen aan de westzijde van ons huis. Het waren echt wel aardige jongens. Omdat ik in die periode in de examenklas van de MULO zat kon ik mooi mijn Duits even uitproberen.  

Intussen was uit het kanongebulder wel te horen dat de bevrijding aanstaande was. Op 12 april trok een Poolse eenheid, met voorop een Belgisch peloton, op richting Vlagtwedde en ging bij de Veelersluis een pittig gevecht aan. Ook begon in de avonduren van 13 april de aanval op Bourtange en waren wij van alle kanten nu omringd door de bevrijders. 

Pas in de morgen van zondag 15 april werd ons gebied bevrijd. Hier ging een beschieting van meer dan een uur aan vooraf. Wij kwamen door tank- en mitrailleurgeschut geruime tijd onder vuur te liggen. De boerderij werd behoorlijk beschoten en er was veel schade. Maar we zijn bevrijd en mijn broer kon weer boven water komen.”

 

NB. Henk Volders had een hechte vriendschap met Christian Kehlenbach. Kijk eens hier en hier voor nieuwe informatie).