Fien Berkvens , An Berkvens, Jan Berkvens

'Fien heeft toen doodsangsten uitgestaan met die kaas in haar tas en voelde zich door het oog van de naald gekropen. Ze wil er niet aan denken wat er gebeurd was als de kaas ontdekt was'.

 

Vandaag delen wij graag het silvo interview met de zussen mevrouw Fien Berkvens (1929), An Berkvens (1930) en broer Jan Berkvens (1937) opgetekend door Marc Jeucken.

De familie Berkvens woonde in de tweede wereldoorlog op de Vosselen in Asten. Asten ligt in de Peel. Tijdens ons gesprek zijn verschillende herinneringen die zich tijdens de tweede wereldoorlog hebben afgespeeld de revue gepasseerd. Bepaalde gegevens zijn eerder doorverteld door broer Sjef, die reeds is overleden. 

Door de geallieerden werden er tijdens de oorlog regelmatig bombardementen uitgevoerd boven Duitsland. De Duitsers die in de Peel gelegerd lagen, onderschepten regelmatig vliegtuigen die daardoor hun doel niet konden bereiken. Met zoeklichten in hun stellingen werden de vliegtuigen met afweergeschut onder vuur genomen.Leden van de ondergrondse, waaronder Frits de Bruijn waren vaak snel ter plekke om de piloten (die zich met hun schietstoel hadden kunnen redden), naar een veilige plek te brengen. op een avond om een uur of tien kwam Frits de Bruijn aan de deur bij de familie Berkvens. Hier was de kaartclub aan het kaarten. Frits vroeg aan vader Berkvens of hij deze buiten even kon spreken. Frits had op dat moment een Engelse piloot bij zich. Deze piloot werd naar een geheime schuilplaats gebracht boven de warme koeienstal onder het hooi.

De taak van broer Sjef was (gezien hij wat Engels sprak) om de piloot eten te brengen en wat met hem te praten. Enkele dagen later werd de piloot overdag per fiets naar een kamp in de bossen van Lierop gebracht. Hier vandaan werd hij met de Engeland route over Spanje naar Engeland teruggebracht. Later in de oorlog heeft zich een soortgelijke situatie nog een keer voorgedaan met een tweede piloot. Vader Piet heeft na de oorlog een oorkonde gekregen voor hulp aan de neergeschoten piloten. 

Fien reisde tijdens de oorlog samen met haar oudere zus Toos (1927) met de bus van Asten naar Helmond. Hier gingen ze naar de MULO. De bus kwam vlak langs huis waar een bushalte was. Omdat de bus al vol zat toen ze instapten, stonden er al veel mensen in de loopgang. De zussen moesten achter instappen, waar de meeste schoolkinderen stonden. Onderweg moest de chauffeur stoppen voor een controle door Duitse militairen. Deze controle was gericht op smokkelwaar. Van voor naar achteren moesten alle tassen worden geopend. Achterin zaten en stonden wel dertig scholieren. De controleur had toen hij achter in de bus kwam al zoveel boeken gezien dat hij niet meer naar de tassen vroeg van Toos en Fien. Dat was maar goed ook, want in de tas van Fien zat een eigen gemaakte kaas voor de lerares Engels To Hölscher (schrijfster van kinderboeken). 

Vader en moeder Berkvens maakten soms kaas om mensen te helpen die niet genoeg bonnen hadden om eten te kopen. Fien heeft toen doodsangsten uitgestaan met die kaas in haar tas en voelde zich door het oog van de naald gekropen. Ze wil er niet aan denken wat er gebeurd was als de kaas ontdekt was. 


Van de jaren van bezetting zijn er verdere herinneringen bijgebleven. Deze zullen we even samenvatten. Vader Berkvens bracht in de oorlogsjaren varkens naar de zusters in Asten. De familie Trossel uit Venlo heeft enige tijd bij de familie Berkvens gewoond. De kinderen gingen mee naar school in Asten. In Venlo was het toen te onveilig en mensen moesten elders worden ondergebracht.Tijdens de oorlog heeft de familie slechts één keer in de schuilkelder gezeten. In de oorlog zijn er verschillende Astenaren gedood, waaronder rond de bevrijding een jonge Astenaar (J. Kerkers)die door terugtrekkende Duitsers dodelijk is getroffen. Daarnaast maakte de moord op de burgemeesters van Asten en Someren (Silbertanne moorden) de nodige indruk. De pastoor stond hier tijdens de mis bij stil.

Aan het einde van de oorlog keerden geallieerden regelmatig terug van het front in de Peel om weer op krachten te komen. Zij verbleven dat in hun auto’s op het land bij de boerderij. Er stonden dan altijd mensen op wacht. De kinderen mochten wel eens in de auto zitten. Maar het is voorgekomen dat dezelfde militairen terugkwamen om weer uit te rusten, maar dat er dan enkelen niet bij waren omdat die gesneuveld waren. Dat gaf op die momenten ook te denken.

 

Dit verhaal hebben we ook op onze facebookpagina geplaatst. Zie hier de reacties op dit verhaal.